Stapfoto
 
Sportfotografie workshop bij Stapfoto
Hoofdbrekens over scherpstelmethodes
Een van de meest gestelde vragen tijdens de workshops waarbij we werken met bewegende onderwerpen is: "Hoe moet ik scherpstellen?". 

Het vernieuwen van de workshop sportfotografie is een mooie aanleiding om hier eens wat tips over te delen in de nieuwsbrief. 

De meeste camera's hebben heel veel manieren om scherp te stellen. En toch kies ik bijna altijd voor scherpstellen met één punt. Omdat ik dan zelf bepaal waar ik op scherp stel. Bij mijn Sony camera heet dat "flexibel punt". Nikon noemt het "enkelpunts" en Canon "1 punt AF". In principe stel je bij deze methode scherp met het middelste scherpstelpunt. Met een joystick kun je dit punt op een andere plek zetten. Vandaar de naam "flexibel punt". 

Bij de meeste automatische scherpstelmethodes (door Sony bijvoorbeeld "breed" of "zone" genoemd, ik kom hier nog op terug) bepaalt de camera waarop hij scherp stelt. Wat betekent dat hij meestal scherp stelt op het dichtsbijzijnde onderwerp. Maar dat is lang niet altijd wat je wilt! En toch gebruiken veel mensen deze methodes...
Scherpstellen
AF-S, AF-C of manueel?
Stel je hebt scherp gesteld met dat ene scherpstelpunt. Dan heb je vervolgens nog een keuze te maken. Stel je eenmalig scherp (AF-S), continu (AF-C) of manueel (M)? 

Bij een foto zoals hierboven heb je eigenlijk twee keuzes. Het onderwerp komt hier naar je toe, dus AF-C (Canon noemt dit AI-servo) doet z'n werk dan meestal prima. AF-C(ontinu) is namelijk bedoeld voor onderwerpen waarvan de afstand naar de camera toe verandert. Dat is immers wat scherpstellen is, het meten van de afstand tussen camera en onderwerp. Niet meer en niet minder. Als die afstand niet verandert, kies je voor AF-S(ingle) (Bij Canon: "One shot") of voor manueel. 

AF-C zou hier dus goed moeten werken, de sporter kwam naar de camera toe en de camera blijft 'continu' scherpstellen. 

Er was één grote 'maar': we werkten in het donker.... En voor scherpstellen is toch echt een beetje licht nodig. Achter de sporter stond wel een ledlampje, maar dat verlichtte alleen zijn rug. De bedoeling was om de sporter aan het eind van de actie te verlichten met een flitser. 

In deze situaties werkt de aloude truc van het vooraf scherpstellen op de plek waar je denkt dat de sporter terecht zal komen beter. Nadat je op dat punt scherpgesteld hebt, zet je de autofocus uit, dat wil zeggen dat je de scherpstelling op M(anueel) zet. De camera stelt dan niet meer scherp, en dat is precies wat je wilt. Kies bij deze methode wel een redelijk klein diafragma, zodat je wat speelruimte in scherptediepte hebt. Dus bijvoorbeeld f8, f11 of soms zelfs f16. Je weet immers niet exact waar de sporter eindigt. 
Bewegende onderwerpen fotograferen
Een andere situatie is deze. Het hondje komt in een rechte lijn naar me toe rennen. Maar ik weet niet precies wanneer hij z'n pootjes mooi van de grond heeft. Vooraf scherpstellen op een bepaald punt is hier dus niet handig. Misschien heeft hij op die plek net een rare houding.

Dit is dan ook zo'n situatie waarbij je eigenlijk altijd AF-C gebruikt. Zolang het onderwerp geen rare manouvres naar links of naar rechts maakt, gebruik je dan nog steeds één scherpstelpunt. Tegenwoordig heb je dan ook nog de mogelijkheid om oogdetectie in te stellen, dat laat ik nu even buiten beschouwing. 

Daarnaast zet ik de camera bij dit soort shoots vaak op de continue transportmodus. Dat wil zeggen dat de camera niet één, maar meerdere beelden per seconde maakt. Dat maakt je trefkans soms groter. Dat is niet altijd het geval overigens, soms werkt goed timen beter dan veel foto's schieten.

De boksfoto hieronder is zo'n voorbeeld waarbij timen beter werkte dan AF-C. Waarom? Omdat de flitsers de snelheid van zo'n 10 beelden per seconde niet bij kunnen houden. Dus dan heb je soms een goede foto, soms een zwarte foto waarbij geen van beide flitsers afging, en dan weer foto's waarbij of de ene of de andere flitser afging. Een goede foto maken is dan een lucky shot.  
Autofocus
Bij deze boksfoto blijft de bokser redelijk op dezelfde plek. Dan kies je dus voor AF-S(ingle). De camera hoeft hier niet steeds opnieuw de afstand tussen onderwerp en camera te meten, die verandert niet zoveel. 

Heb je in een situatie met een 'stilstaand' onderwerp eenmaal scherpgesteld met AF-S, dan kun je er eventueel ook voor kiezen om de autofocus uit te zetten, op M(anueel) te zetten dus. Daar wordt je camera heel iets sneller van omdat hij niet meer scherp hoeft te stellen op het moment dat de actie daar is. 
Scherpstellen bij vogelfotografie
Bij het fotograferen van vogels in vlucht heb je een ander probleem. Vogels gaan vaak alle kanten op. Komen dus niet zoals het hondje in een rechte lijn op je af. 

Daarom gebruik ik bij vogelfotografie zowel AF-C als een breder vlak met meer scherpstelpunten dan dat ene scherpstelpunt wat ik normaal gebruik. Meestal kies ik voor een methode die ongeveer 9 scherpstelpunten gebruikt. Bij Sony is dat de methode die "zone" heet. Bij Canon "AF-gebied uitbr." en bij Nikon "9-punten dynamisch veld AF". Komt de vogel in een van die 9 punten terecht, dan stelt de camera scherp met dat punt. Teveel punten kiezen is geen goed idee, omdat de camera dan meer tijd nodig heeft om te rekenen en je dan soms net het ultieme moment mist.
Volleybal actie fotograferen
Oefenen, oefenen, oefenen
Afgelopen week hoorde ik iemand zeggen: "Je kunt voor dat geld beter een paar goede cursussen of workshops volgen". Hij zei dit tegen een man die altijd de nieuwste apparatuur koopt, maar eigenlijk nog een stukje theoretische basis mist. Over bijvoorbeeld scherpstellen en flitsen. Die ondanks alle mooie apparatuur steeds net niet die foto's maakt die hij zou willen maken. En dan weer iets anders koopt waarvan hij hoopt dat het helpt om betere foto's te maken.....

Natuurlijk preek ik voor eigen parochie als ik zeg dat ik het helemaal met zijn gesprekspartner eens was. Maar ik meen het ook echt. Volg eerst een aantal goede workshops voordat je weer iets koopt waarvan je foto's niet beter worden. Fotografie is namelijk vooral doen, doen, doen. 

Een eerste stap kan zijn om op 16 september de workshop Sportfotografie next level te volgen. Een workshop waarbij het vooral gaat om scherpstellen, timen en flitstechniek. Over het 'bevriezen' van beweging. Of die juist laten zien.... Dat alles combineren we met een karrevracht creativiteit. Voor dit laatste zetten we lightpainting, stadionlampen, vuur, rook, water en meel in. Wat we daar mee gaan doen verklap ik natuurlijk niet ;-). Geef je nu op, dan ga het zelf ervaren!

Om je alvast aan het denken te zetten: bovenstaande foto werd gemaakt door Jan Jeuring, een van de begeleiders bij deze workshop. We gaan deze foto natuurlijk ook tijdens de workshop in september maken. Wat denk je dat de instellingen van je camera en flitser zullen zijn? 
Aanmelden workshop